Bij sommige patiënten lijkt de bloeddruk niet controleerbaar. De bloeddruk wil maar niet zakken ondanks de inname van meerdere bloeddrukverlagende geneesmiddelen en het volgen van een gezonde levensstijl. In dat geval spreekt men van (therapie)resistente hypertensie. Dit komt voor bij minder dan 10% van de behandelde patiënten.
Het is belangrijk om onderscheid te maken met pseudoresistente hypertensie, die onder andere te wijten kan zijn aan:
Andere oorzaken van resistente hypertensie zijn:
Soms kan de bloeddruk te laag zijn. Dit wordt hypotensie genoemd. Hypotensie komt minder frequent voor en is meestal niet schadelijk voor de gezondheid. Je kan last krijgen van klachten als duizeligheid, een licht gevoel in het hoofd of flauwvallen. Niet te snel opstaan en voldoende drinken kunnen helpen.
Vrouwen zonder hoge bloeddruk kunnen tijdens hun zwangerschap hoge bloeddruk ontwikkelen. Men spreekt van zwangerschapshypertensie. Dit verhoogt het gezondheidsrisico zowel voor moeder als foetus. Wereldwijd treedt het op bij 5-10% van de zwangerschappen. Op lange termijn bestaat een verhoogd risico op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten. Daarom is het belangrijk om hier tijdig op in te grijpen.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen een milde vorm (systolische bloeddruk 140-159 mmHg en diastolische bloeddruk 90-109 mmHg) en ernstige vorm (≥ 160/110 mmHg). De milde vorm loopt meestal zonder symptomen. De ernstige vorm kan gepaard gaan met hoofdpijn, gezichtsstoornissen, tintelingen in de vingers, misselijkheid en braken. Je lichaam kan in korte tijd ook veel vocht vasthouden waardoor oedeem ontstaat. Zwangerschapshypertensie treedt vooral tijdens de eerste zwangerschap op. Bij een volgende zwangerschap treedt zwangerschapshypertensie minder vaak op, en indien het zich wel voordoet zal het vaak minder ernstig zijn. Je arts zal je een gepaste behandeling voorschrijven.
Veel bloeddrukverlagende geneesmiddelen worden niet aanbevolen tijdens borstvoeding. Meer informatie hierover kan je terugvinden in de bijsluiter. Als je borstvoeding geeft of van plan bent borstvoeding te geven, praat hier dan over met je arts. Je arts kan je een andere behandeling voorschrijven zodat je zonder risico’s borstvoeding kan geven.
Bij 5% van de gebruikers kunnen orale contraceptiva (“de pil”) hypertensie veroorzaken [1]. De bloeddruk zal in de meeste gevallen weer dalen, na de stopzetting ervan. Het is aangeraden om je bloeddruk bij te houden voor en tijdens de behandeling met orale contraceptiva. Gelieve je arts of apotheker te contacteren in geval van bijwerkingen. In sommige gevallen zal de behandeling aangepast worden. Meer informatie over mogelijke bijwerkingen van je geneesmiddel, kan je terugvinden in de bijsluiter.
[1] Referentie: 2018 ESH/ESC guidelines for the management of arterial hypertension.